3 Positieve houdingsactiviteiten voor kinderen

1 -

3 Positieve houdingsactiviteiten
Stephanie Atkinson / EyeEm / Getty Images

Het is niet altijd gemakkelijk om de positieve dingen in het leven te zien, vooral voor kinderen, maar met een positieve houding en kijk op het leven wordt het oplossen van de problemen van het leven veel gemakkelijker. Door je kinderen te laten zien hoe je een negatieve houding omdraait, kun je ze belangrijke copingvaardigheden bijbrengen die ze in haar leven nodig hebben.

2 -

Maak Attitude Acrostics

Een acrostichon is een nette manier om uw kind te helpen uitzoeken welke eigenschappen mensen hebben met positieve attitudes. Hier is het gebruik van een:

  1. Begin door je kind een stuk papier te geven en haar te vragen het woord 'houding' verticaal in de linkerzijde van het papier in hoofdletters te schrijven.
  2. Stel een timer in voor ongeveer vijf minuten en brainstorm met uw kind over alle kenmerken en kenmerken die u beiden tegenkomt bij mensen met een goede kijk op het leven. Maak je op dit moment nog geen zorgen of de eigenschappen beginnen met de letters in het woord 'Attitude'.
  3. Vraag vervolgens uw kind om enkele van die eigenschappen te onthouden en ze te beschrijven zodat ze in het acrostichon passen. Het papier van uw kind zou bijvoorbeeld kunnen zeggen:

Ik zie altijd het goede in een situatie.

Vindt oplossingen voor problemen.

Tijd om de kleine dingen te waarderen.

Ik ben blij met wat hij heeft.

T akes verantwoordelijkheid voor zijn acties.

U begrijpt de noodzaak om naar de meningen en gedachten van anderen te luisteren.

Doen niet vaak klagen.

Het leven is niks.

3 -

De activiteit Attitude-inventaris

Het nemen van een "attitude-inventaris" lijkt veel op het nemen van de inventaris van een winkel of van de kast van je kind. Het doel is om te zien wat wel en wat niet is. Het verschil is dat je met een 'attitude-inventaris' je kind vraagt ​​om uit te zoeken welke eigenschappen wel en niet aanwezig zijn in mensen met bepaalde soorten attitudes.

Geef je kind een stuk papier en een potlood en stel haar de volgende vragen, een voor een. (Als uw kind nog niet goed kan schrijven, kan hij zijn antwoorden aan u dicteren.)

  1. Noteer de naam van iemand waarvan je denkt dat deze doorgaans een goede houding heeft. Welke aanwijzingen vertellen dat deze persoon een positieve houding heeft en waarom denk je dat hij zo is?
  2. Schrijf de naam op van iemand van wie je denkt dat hij doorgaans een slechte houding heeft. Welke tekenen wijzen erop dat deze persoon een slechte houding heeft?
  3. Wanneer je denkt aan de persoon met een slechte houding, welke dingen of welke mensen denk je dat die persoon in een slecht humeur brengt?
  4. Denk je dat je de volgende dag een slechte houding hebt en de volgende een goede? Waarom of waarom niet? Wat beïnvloedt dat?
  5. Moet je een slechte houding hebben als dingen niet goed gaan of denk je dat het mogelijk is om een ​​goede houding aan te nemen, zelfs als er slechte dingen gebeuren? Vertel me waarom.
  6. Zijn er dingen in je leven die je zou willen veranderen om je te helpen een positievere houding aan te nemen?
  7. Als er negatieve dingen met je gebeuren, zijn er dan dingen die je kunt doen om je vooruitzichten positief te houden? Vertel eens over een paar van hen.

4 -

De Turn-It Around Attitude-activiteit

Zoals je kind misschien heeft ontdekt toen ze de vragen in de Attitude Inventory beantwoordde, kan hoe ze naar de dingen kijkt of erop reageert een groot verschil maken in haar algemene houding.

Als ze andere mensen de schuld geeft van haar problemen, zal het moeilijker worden om een ​​goede houding tegenover de dingen te hebben. Deze activiteit is ontworpen om haar te helpen een aantal self-talkvaardigheden te leren om haar te helpen bij het opnieuw in kaart brengen van dingen om haar houding te veranderen.

1. Geef je kind een ander stuk papier en vraag haar om het in drieën te vouwen. Vraag haar om drie van de volgende kopjes op de voorkant van het papier en drie op de achterkant van het papier te schrijven: School, vrienden, familie, thuis, zelfbeeld en activiteiten.

2. Vraag haar nu om na te denken over problemen die ze op een van deze gebieden heeft. Zodra ze een idee heeft, laat haar het in de juiste kolom opsommen als een bruikbare vraag. (Bijvoorbeeld: "Hoe kan ik beter opschieten met mijn broer?" In tegenstelling tot "Mijn broer blijft me lastigvallen")

3. Zodra ze de problemen opsomt die haar houding beïnvloeden, vraag haar om ze opnieuw in te kaderen (of haar houding om te draaien) door zichzelf de volgende vragen te stellen: