Wat moet ik doen Over het gedrag van mijn kind op school?

Een opmerking of een telefoontje van een leerkracht krijgen over de gedragsproblemen van uw kind kan beschamend zijn. Of hij tijdens de pauze ruzie kreeg of onvriendelijke dingen tegen de leraar zei, raak niet in paniek. Zelfs echt goede kinderen glijden af ​​en toe weg.

Het is echter belangrijk om actie te ondernemen, zodat je verdere gedragsproblemen op school kunt verminderen, vooral als je kind vaak in de problemen raakt.

Werk samen met het schoolbestuur, de leraar van uw kind en uw kind om het probleem aan te pakken. Met een teambenadering kunt u een gedragsplan opstellen dat gedragsproblemen snel omdraait.

Breng regelmatig contact met de leerkracht tot stand

Als het wangedrag van uw kind een op zichzelf staand incident is, moet u het probleem enkele dagen controleren om er zeker van te zijn dat het beter wordt. Als uw kind echter vaker op school problemen krijgt, leg dan dagelijks contact met de leerkracht.

Neem contact op met de docent om te praten over hoe u dagelijks kunt leren over het gedrag van uw kind. Door een dagboek of een dagelijkse rapportkaart te maken, kunt u de situatie beter volgen.

Leraren hebben meestal al een soort systeem dat ze het liefst gebruiken voor oudercommunicatie. Sommige leraren kleuren een smiley in, groen, geel of rood in verschillende delen van de dag, terwijl anderen liever snel een notitie schrijven.

Vraag dat een leerkracht u elke dag informatie stuurt over het gedrag van uw kind - niet alleen op de dagen waarop uw kind zich misdraagt.

Je kind zal een goed gevoel over zichzelf hebben als hij je kan laten zien dat hij een goede dag op school heeft gehad en als hij slechte dagen heeft, kun je samenwerken om te verbeteren.

Beloon goed gedrag

Bepaal positieve gevolgen om goed gedrag te versterken. Prijs uw kind als hij goede verslagen ontvangt van de leraar. Vier zijn succes en motiveer hem om het goed te blijven doen.

Geef een beloningssysteem of een systeem voor een token-economie om nog meer stimulansen te geven om het goed te doen. Stel een dagelijks doel vast en beloon uw kind voor het bereiken van zijn doel.

Een doel kan zijn: 'Ontvang 3 smileygezichten van je docent op je dagelijkse rapportkaart' of 'Verdien vijf vinkjes voor goed gedrag van je docent'.

Beloningen hoeven geen geld te kosten. Koppel in plaats daarvan het goede gedrag van uw kind aan privileges, zoals de duur van de videogame. Dagelijkse beloningen kunnen uw kind gemotiveerd houden.

Bied wekelijks grotere beloningen aan om hem aan te moedigen zijn gedrag de hele week te beheren. Een reis naar het park of een speeldatum met een vriend kan uw kind motiveren om het goede werk voort te zetten. Verwacht geen perfectie, maar daag je kind uit om hard te werken.

Oplossen van problemen met uw kind

Op de dagen dat je kind met zijn gedrag worstelt, los je met hem op hoe hij het de volgende dag beter kan doen. Vraag hem wat er is gebeurd en zeg hem dat je hem wilt helpen om het morgen beter te doen.

Praat rustig met hem en vraag om zijn input over wat nuttig zou zijn. Het gebruik van een probleemoplossende benadering kan hem meer bereid maken erover te praten.

Soms kunnen kinderen duidelijk uitleggen wat er mis ging en soms zijn de oplossingen eenvoudig. Een kind kan de klas verstoren omdat hij zich verveelt.

De oplossing kan zijn om meer uitdagend werk te krijgen.

Wangedrag kan ook het gevolg zijn van het niet weten hoe het werk moet worden gedaan. Soms lijken kinderen liever "slecht" dan "dom". Om te voorkomen dat ze gepest worden, treden ze mogelijk op in plaats van om hulp te vragen.

Toon uw kind dat u met hem wilt werken aan het oplossen van het probleem. Vraag om zijn hulp bij het identificeren van mogelijke oplossingen. Als hij niet bereid is om te praten, druk hem dan niet te veel aan.

Als hij een goede dag heeft, vraag hem dan om het geheim van zijn succes. U krijgt mogelijk inzicht in wat hem heeft geholpen en u kunt die informatie gebruiken om hem aan te moedigen het goede werk voort te zetten.